Reconstructie van de finale van The Fairy Queen, een scene waarvoor uitvoerige regieaanwijzingen beschikbaar waren (zie afbeelding). Deze opera is een 17e-eeuwse “musical” versie van Een Midzomernachtsdroom, een toneelstuk, ook al met veel muziek, dat Shakespeare schreef ter ere van een adellijk huwelijk. Het hele verhaal gaat over huwelijksproblemen.

The Fairy Queen was de derde opera in de rij van jaarlijkse spektakelstukken in de vroege jaren negentig, na Dioclesian en King Arthur en heeft aan het einde van elke akte - behalve de eerste - een masque. De laatste, tevens afsluiting van de opera, is een eerbetoon aan het koningspaar William & Mary.
Zes sinaasappelboompjes, die van onder het toneel oprijzen, verwijzen naar het huis van Oranje. Ze staan in Chinese vazen op voetstukken van Chinees porselein. Die verwijzen naar de beroemde collectie van koningin Mary, bestaande uit Chinees porselein en Delfts aardewerk naar Chinees voorbeeld. Veel van de stukken waren haar geschonken door de VOC toen ze nog in paleis Het Loo woonde. Ook in Engeland bezat zij een grote collectie.
Ter ere van Willem III en verwijzend naar zijn belangstelling voor barokke tuinen, zien wij nog een paleis, een tuin met een fontein en exotische dieren. Die menagerie, waarin ook apen, is o.a. bekend van een schilderij van Melchior d'Hondecoeter. De apendans in deze masque verwijst ongetwijfeld daarnaar.

Hymen, de god van het huwelijk, verschijnt en beklaagt zich over het gebrek aan huwelijkstrouw dat hij om zich heen ziet. Zijn toorts is allang gedoofd. Echter, na het zien van de

oranjeboompjes in de Chinese vazen, die inmiddels van onder het toneel zijn verrezen, is hij gerustgesteld. Zijn toorts brandt weer, de oranjeboompjes komen naar voren - daarbij waarschijnlijk geholpen door kinderen, verborgen in de voetstukken - en Hymen vliegt weer.

William en Mary zijn hier, kort voor de viering van hun vijftienjarig huwelijk, een lichtend voorbeeld van huwelijkstrouw. Dat naderende feest was ook ongetwijfeld de reden om juist Een Midzomernachtsdroom als uitgangspunt te kiezen.

Waarschijnlijk hadden de meeste figuren - als gebruikelijk - kostuums gebaseerd op Franse hofmode, maar het is aannemelijk dat de Chinezen in deze scène wel degelijk exotische trekjes hadden. In een boek over China dat Betterton in zijn bezit had, wordt een kostuum uit de Noord-Chinese provincie Xansi afgebeeld. Xansi is ook de naam die men heeft gegeven aan één van de Chinese vrouwen die in deze scene optreedt.

De hele masque duurt vijfentwintig minuten en moest hier helaas wat worden bekort.
Op het toneel van links naar rechts Oberon, Titania en Robin Goodfellow, (Puck uit Een Midzomernachtsdroom. Hij is een kobold, in de Engelse theatertraditie een ruig behaarde figuur). Verder zien we nog twee van de menselijke figuren uit Shakespeare's verhaal: de hertog Theseus en Egeus, de vader van Hermia. Oberon en Titania zijn wat kleiner dan de anderen, want die rollen werden gespeeld door kinderen, zo blijkt uit bewijsmateriaal dat niet zo lang geleden is gevonden in een familiearchief en dat reden geeft om te veronderstellen dat nog meer feeën door kinderen werden gespeeld.

Dat plaatst diverse scenes in een heel nieuw perspectief.1

Oberon heeft zojuist Robin opgedragen om te zorgen voor diepe duisternis. Dat moeten we in het baroktheater niet letterlijk opvatten, geen black-out zoals wij dat kennen, maar het toneel kon wel donkerder worden gemaakt. Niet te donker natuurlijk, want het publiek moest kunnen zien hoe het bos verandert in een Chinese tuin. Zo'n changement bij open doek was een deel van de attractie.
Intussen wordt op het voortoneel een dans uitgevoerd...

stage directions

Regieaanwijzingen in het libretto uit 1692. Voor een uitvoeriger beschrijving zie “Het hele plaatje:”

    Noot

1. Michael Burden,“Casting issues in the original production of Purcell's opera The Fairy Queen”, Music and Letters, jaargang 84, nr.4 (nov. 2003), pp.596-607.